Bal uitspraken:

 

  1. Je hebt er de ballen verstand van : Je hebt er totaal geen verstand van
  2. De bal doorspelen : Een probleem doorgeven aan een ander
  3. Ik vind er geen bal aan : Ik vind hier absoluut niets aan / iets niet leuk vinden
  4. De bal misslaan : Zich vergissen
  5. Wie kaatst, moet de bal verwachten : Wie iemand iets doet, moet iets terug verwachten
  6. Een balletje opgooien : over iets beginnen te praten
  7. De Ballen! : Vergeet het maar! / Ook als groet voor "tot ziens"
  8. De kolf naar de bal werpen : De moed verliezen, het opgeven
  9. Interesseert mij geen bal : Niet interessant voor mij / heb totaal geen belangstelling
  10. Elkaar de bal toespelen : Elkaar begunstigen en anderen uitsluiten
  11. De bal in de ploeg houden : De tegenstander samen onder druk houden
  12. Hij snapt er geen bal van : Hij snapt er helemaal niets van
  13. Uilebal : scheldwoord voor een stom iemand
  14. Hij werkt zich de ballen uit de broek : Hij werkt zeer hard
  15. Hij is zo kaal als een biljartbal : Hij is heel erg kaal
  16. Iemand een grote slijmbal vinden : Vinden dat iemand bij een ander zit te slijmen
  17. De bal is rond : Het is onvoorspelbaar. Het kan alle kanten op gaan
  18. Het balletje gaat rollen : Dit zal gevolgen hebben
  19. Balorig : Letterlijk: slechthorend / figuurlijk: niet meer willen luisteren
  20. Maakt mij geen bal uit : Kan mij niets schelen, hoe of wat
  21. Het sneeuwbaleffect : Iets wat klein begint, kan groots eindigen
  22. Dat brengt de bal aan het rollen : Dat is de oorzaak van nieuwe ontwikkelingen
  23. Met gebalde vuist : Men maakt een gebalde vuist om een gevoel van woede te laten zien
  24. Een balletje trappen : Een potje gaan voetballen
  25. Het balletje kan raar rollen : Het kan raar lopen, het is onvoorspelbaar
  26. Kakbal : scheldwoord voor iemand met heel veel kapsones
  27. Zij heeft hem bij de ballen : Zij heeft "grip" op hem / Hij zit onder de plak
  28. Iets uit de mottenballen halen : Iets van lang geleden oprakelen
  29. Het is hier een ballentent : Het is hier niets aan, niet leuk
  30. Hij heeft geen ballen : Hij is karakterloos, "slappe" kerel, een echte "softie"
  31. Haarbal : scheldwoord voor een dier of mens
  32. Aan de bal zijn : Geeft aan welke ploeg balbezit heeft
  33. Baldadig : Negatief bedoeld: druk zijn, uitgelaten
  34. Wat een bal gehakt : Wat een dom figuur; wat een sukkel
  35. De bal ligt nu bij hem : Nu is de ander aan de beurt om aktie te ondernemen
  36. Het is daar weer bal : Er is daar weer ruzie
  37. De bal tegen de touwen aanwerken : Een doelpunt scoren
  38. Geen bal uitvoeren : Lui / Helemaal niets doen
  39. Dat is een bal voor open doel : Dat is een opmerking waar een zeer voor de hand liggend antwoord op gegeven kan worden
  40. De bal terugkaatsen : Een treffend antwoord teruggeven
  41. Dat gaat je geen bal aan : Dat gaat je niets aan / Daar heb je niks mee te maken
  42. Ik zie geen bal : Ik zie helemaal niets
  43. Er zich geen bal van aantrekken : Zich nergens wat van aantrekken
  44. Er is geen bal op de TV : Er is geen één leuk programma op televisie